direct naar inhoud van 2.1 CENTRUMGEBIED ERMELO
Plan: Nota Omgevingskwaliteit
Status: vastgesteld
Plantype: welstandsnota
IMRO-idn: NL.IMRO.0233.WE00001-0001

2.1 CENTRUMGEBIED ERMELO

2.1.1 Gebiedsbeschrijving

Het centrumgebied kenmerkt zich door twee gebieden, die in detail toegelicht worden op de informatiekaart (zie bijlage 4.1.1):

  • de oude historische kern;
  • een gemengd gebied aan bebouwing met (historische) uitvalswegen.

Rondom de kern en de oude uitvalswegen heeft in de loop van de tijd een verdichting van de bebouwing plaatsgevonden. Omdat deze verdichting een langere periode beslaat, zijn uiteenlopende stedenbouwkundige en architectonische principes toegepast. Het resultaat is een gevarieerd bebouwingsbeeld met een rafelige stedenbouwkundige structuur.

In het centrumgebied is sprake van overwegend individuele gebouwen (en complexen), met een eigen uitstraling. Pleksgewijs is er sprake van samenhang, door bijvoorbeeld overeenkomstige stijlkenmerken tussen gebouwen, of eenzelfde kleurgebruik. Samenhang is echter niet karakteristiek voor het centrumgebied. Wel is er een aantal elementen te benoemen dat bijdraagt aan goed gewaardeerde bebouwing in het centrumgebied:

  • De individuele panden hebben elk een eigen identiteit en zijn uitgevoerd als één architectonische eenheid.
  • De bebouwing sluit aan bij naburige gebouwen (bijvoorbeeld qua massa, volume, kleurgebruik of detaillering) .
  • De bebouwing houdt rekening met historische zichtlijnen en accentueert hoekpunten.
  • Bebouwing heeft een ingetogen gevelbeeld, bestaande uit een donkere steen en voegwerk dat qua kleurgebruik aansluit bij de steen.
  • Bebouwing met een (grijs) dak en witte daklijsten.

STRENG REGIME

Vanwege de sterk individuele uitstraling van de gebouwen en het openbare karakter van het centrumgebied, geldt voor het gehele deelgebied een streng regime. In dit deelgebied wordt een bouwinitiatief dan ook altijd getoetst worden door de Commissie Omgevingskwaliteit.

afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0006.png"

De kerk als individueel gebouw met een eigen uitstraling.

afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0007.png"

Kararkteristiek pand aan de Stationsstraat.

afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0008.png"

Overeenkomstige stijlkenmerken en kleurgebruik tussen de gebouwen.

2.1.2 Criteria

Plaatsing

  • Het herkenbare beeld van individuele gebouwen wordt gerespecteerd.
  • Het gebouw is gericht naar de openbare ruimte.
  • Verspringingen in de rooilijn blijven binnen de uitersten van de naastgelegen bebouwing.
  • Bij bebouwing rondom een plein, of op een hoekpunt is een meer aaneengesloten gevel mogelijk. De nadruk ligt hier meer op het begeleiden van de openbare ruimte en minder op de individuele uitstraling van de bebouwing.

afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0009.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0010.png"

Aaneengesloten gevel rondom plein Ongewenste verspringing in rooilijn

Maatvoering

  • De bouwhoogte is afgestemd op de bouwmassa en kapvorm van de naastgelegen bebouwing.
  • Uitsluitend op hoeken is het toegestaan om een afwijkende hogere bebouwingshoogte te realiseren ten opzichte van naastgelegen bebouwing, met als doel om het hoekpunt te accentueren.
  • Bij splitsing van het gebouw in ruimten/eenheden, blijft de architectonische eenheid van het oorspronkelijke pand behouden.
  • Bij het samenvoegen van meerdere gebouwen, blijft de individualiteit van de gebouwen behouden.
  • Aan-, uit- en bijgebouwen blijven ondergeschikt aan de hoofdmassa van het hoofdgebouw.

afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0011.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0012.png"

Samenvoegen van gebouwen met behoud Bouwmassa is niet afgestemd op de naastgelegen

van individuele uitstraling bebouwing

Vormgeving

  • De individuele panden hebben elk een eigen identiteit en zijn uitgevoerd als één architectonische eenheid.
  • De voorgevel en hoofdentree zijn representatief en hebben een hoogwaardige uitstraling (bijzondere aandacht).
  • Zijgevels die duidelijk zichtbaar zijn vanaf de openbare ruimte worden als representatieve gevel (voorgevel) behandeld.
  • De verschijningsvorm van de kap is zodanig dat de uitstraling van de kapfunctie overheerst. De hellende dakbedekking dient sterk te overheersen boven dakopeningen zoals dakkapellen, loggia’s en dakramen. De verschijningsvorm mag bijvoorbeeld niet ‘penthouse-achtig’ zijn of de uitstraling van een woonverdieping aannemen.
  • Voordeuren zijn in het zicht vanaf de openbare ruimte.
  • Terughoudendheid in de omvang van raampartijen. Beeldbepalend is de bakstenen gevel met daarin relatief kleine ramen (afgestemd op naastgelegen gebouwen).
  • Toevoegingen per woning worden overeenkomstig de stijl van het betreffende gebouw vormgegeven en zijn ondergeschikt aan de hoofdstructuur en gevelritmiek.

afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0013.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0014.png"

Representatieve voor- en zijgevel Geen terughoudendheid in raampartijen

Materiaalgebruik

  • Het oorspronkelijke materiaalgebruik vormt het uitgangspunt.
  • Bij nieuwbouw bestaan de gevels uit donkere bakstenen.
  • Bij nieuwbouw bestaat het dak uit (grijze) dakpannen en een witte daklijst.
  • Geblindeerde etalages zijn niet toegestaan.
  • Glanzende oppervlakten zijn niet toegestaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0015.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0016.png"

Donkere bakstenen (=gewoon) Afwijkend van gewoon is wit stucwerk

(=bijzonder)

Kleurgebruik

  • Het oorspronkelijke kleurgebruik vormt het uitgangspunt.
  • Bij nieuwbouw is sprake van een donkere, gedekte tint als beeldbepalende uitstraling van het gebouw.
  • Er is geen sprake van scherpe kleurcontrasten in hoofdvlakken van het gebouw.

afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0017.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0233.WE00001-0001_0018.png"

Donkere gedekte tint is beeldbepalend Ongewenst beeldbepalend hoofdvlak