Een last minute aanvulling op de bruidsschat
De voorbereidingsbescherming van het ontwerpbestemmingsplan ontbrak
Wist je dat er eind vorig jaar nog een last minute aanvulling op de bruidsschat is gekomen? De minister van BZK heeft op 6 december 2024 met een ministeriële regeling een aanvulling op de Invoeringswet Omgevingswet vastgesteld. Met de Vangnetregeling Omgevingswet voert het ministerie nog een aantal correcties door op zowel de Omgevingswet, de Invoeringswet Omgevingswet als aanvullingswetten van de Omgevingswet.
Alsnog voorbereidingsbescherming voor het ontwerpbestemmingsplan
Wat regelt de Vangnetregeling Omgevingswet? Met de regeling wordt onder andere de voorbereidingsbescherming van ontwerpbestemmingsplannen weer in het leven geroepen. Deze was onder de Wabo geregeld in artikel 3.3 lid 1 sub b-e.
Echter, deze voorbereidingsbescherming was per abuis niet meegenomen in de invoeringswetgeving van de Omgevingswet. Dit had tot gevolg dat de aanvragen voor een omgevingsvergunning, die niet passen in een ontwerpbestemmingsplan, niet geweigerd of aangehouden konden worden na de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Gelukkig is dit in december nog net op tijd hersteld. Anders zouden gemeenten nu alsnog voorbereidingsbesluiten moeten nemen.
Waar staat deze aanvulling van de bruidsschat?
De voorbereidingsbescherming is via artikel 2.2 van de Vangnetregeling toegevoegd door de artikelen 22.33 en 22.278 van de bruidsschat ‘aan te vullen’. Die aanvullingen zijn overigens niet terug te vinden in de bruidsschat zelf (hoofdstuk 22 van ieder gemeentelijk omgevingsplan). We moeten de regels in deze vangnetregeling zien als een aanvulling op de bruidsschat. Het zijn, anders dan de bruidsschatregels, ook echt rijksregels.
Het resultaat is dat de vindbaarheid van deze regels niet optimaal is. Maar uit de toelichting bij de vangnetregeling blijkt dat het om een noodoplossing gaat. Als een structurele oplossing nodig is, dan volgt een wetsvoorstel om de wetgeving alsnog op de juiste wijze aan te passen.
De formulering van de voorbereidingsbescherming is wel anders dan voorheen. Men spreekt niet meer van ‘aanhouding’ maar van ‘weigering’. Maar, lees je dit in samenhang met de Awb (afdeling 4.1.3), dan kan een gemeente de aanvraag wel degelijk opschorten (aanhouden). Andersom kan ook, een gemeente kan de vergunning verlenen als deze niet in strijd is met het ontwerpbestemmingsplan (zie daarvoor artikel 22.33 lid 2 bruidsschat).
Voorbereidingsbescherming voor het omgevingsplan
Overigens is het ook van belang te weten dat de bovenstaande voorbereidingsbescherming niet geldt voor ontwerpwijzigingsbesluiten op het omgevingsplan, maar echt alleen voor bestemmingsplannen waarvan het ontwerp nog voor 1 januari ter inzage is gelegd. Wil een gemeente voorkomen dat ze vergunningen moeten verlenen voor activiteiten die in strijd zijn met een nieuw ontwerpwijzigingsbesluit van een omgevingsplan, dan zullen ze altijd een voorbereidingsbesluit moeten nemen. De gemeenteraad kan de bevoegdheid om een voorbereidingsbesluit te nemen overigens delegeren aan het college van burgemeester en wethouders.
Wetten aanpassen met een ministeriële regeling?
Het aanpassen van formele wetten met een ministeriële regeling doet de wenkbrauwen van menig jurist fronsen. Dat is immers niet mogelijk!?
Om de invoering van de Omgevingswet in goede banen te leiden is artikel 5.1 lid 3 in de Invoeringswet Omgevingswet opgenomen. Dit artikel regelt dat de minister door middel van een ministeriële regeling de invoering van de Omgevingswet kan bijsturen. Dit kan alleen als de situatie niet is voorzien in de genoemde Invoeringswet. Of wanneer strikte toepassing van die wet in specifieke situaties onredelijk is of leidt tot ernstige nadelige gevolgen voor de fysieke leefomgeving. De minister kan kiezen voor het gebruiken van deze bevoegdheid als de toepassing ten goede komt aan een goede invoering van de Omgevingswet. De hierboven beschreven situatie toont al aan dat dit artikel niet voor niks is opgenomen.