Het programma: in 6 stappen van dromen naar doen met de Omgevingswet
Gepubliceerd op 27 juni 2023
Woondeals, klimaatadaptatie, energie- en warmtetransitie, stikstof en de toekomst van het landelijk gebied. Ze vragen om richting en oplossingen. Zowel afzonderlijk als in samenhang. De samenhang van deze grote dossiers -en de complexiteit ervan- kan verlammend werken. Hoe kom je tot handeling en uitvoering? Hoe maak je de stap van dromen naar doen? Het gemeentelijke programma lijkt van de nieuwe omgevingswetinstrumenten het meest geschikte voertuig.
We delen 6 lessen om te komen van dromen naar doen.
Omgevingsvisie als start van de beleidscyclus
Veel gemeenten hebben inmiddels een omgevingsvisie vooruitlopend op de Omgevingswet. Of ze zijn er mee bezig. Omgevingsvisies die blaken van ambities. Dromen over een mooie, verre toekomst voor de gemeente en haar inwoners. Met behoud van dat wat goed en mooi is. En in de wetenschap dat de uitdagingen fors zijn. Het gemeentelijke bordje was al vol en zal zich de komende tijd verder vullen.
Met de omgevingsvisie zet de gemeente de beleidscyclus van de Omgevingswet in werking: de gemeenteraad bepaalt met de omgevingsvisie de kaders en de speelruimte. Met het omgevingsplan als de juridische vertaling. En als beoordelingskader voor afwijkende omgevingsplanactiviteiten.
Hoe ga je van omgevingsvisie naar programma?
De volgende optie in de beleidscyclus is het programma. Doel van het programma is om concreet te worden. Het stelt het college in staat de visie uit te werken en acties te formuleren daar waar de gewenste situatie anders is dan de bestaande. Kortom, het vertaalt de ambities naar uitvoeringsstappen. Daarmee is het programma in potentie het voertuig om dromen om te zetten in werkelijk doen. Een stap waar zowel gemeenten als inwoners naar zoeken.
Het programma vertaalt ambities naar uitvoering. Het is het voertuig om dromen om te zetten in werkelijk ‘doen’.
Tijd dus om dit nieuwe instrument te verkennen en te leren gebruiken. Veel gemeenten zetten de eerste stappen en wij helpen daarbij op diverse plekken. Een mooi moment om zes lessen en ervaringen te delen.
1. Het begint met visie
De beleidscyclus start niet voor niets met de omgevingsvisie. Het domein van de gemeenteraad. De plek om kaders te stellen en een kompas mee te geven voor toekomstige ontwikkelingen. En de plek om ambitieus te zijn. Waar moet het anders of beter? Zonder visie, geen programma.
2. Overleg met college en gemeenteraad
Het programma is het domein van B&W. Het is immers een uitwerking van de koers die in de omgevingsvisie door de raad is bepaald. Het programma is het domein van het college. Maar de ervaring leert dat de raad alsnog wil meepraten over de uitwerking. Bepaal daarom samen vooraf hoe dat precies vorm krijgt. Wat laat de raad over aan het college? Waarover willen ze nog meepraten?
3. Wie alles wil doet niets
Met het programma maak je keuzes. Acties worden behapbaar en vertalen de algemene ambities van de omgevingsvisie naar uitvoering. Dit gaat op twee niveaus. Allereerst gebiedsgericht. Baken de plek af waar de het resultaat op gericht is; het dorp, de wijk of een ander deel van de gemeente . Als tweede op inhoud. Bepaal de inhoudelijke scope en reikwijdte van het programma. Schets de belangrijkste doelen en onderwerpen en geef ook aan waar het niet over gaat. Binnen de vaak tot verkramping leidende integraliteit, kan het programma rangorde en volgorde aanbrengen.
Binnen de vaak tot verkramping leidende integraliteit, kan het programma rangorde en volgorde aanbrengen.
4. Maak het programma concreet en realistisch
Zorg voor een concrete uitvoeringsagenda met een realistische planning. Welke concrete acties worden uitgevoerd en wie is daarvoor verantwoordelijk? De omgevingsvisie is de basis, met de vertaalslag naar het programma maken we de omgevingsvisie pas ‘SMART’.
5. Anders denken en anders doen
Gebruik het programma om de nieuwe manier van werken onder de Omgevingswet te leren. Binnen de eigen gemeentelijke organisatie maar ook in samenwerking buiten het gemeentehuis. Zet bijvoorbeeld de omgevingstafel op. De daar verzamelde brede blik kan vanaf het begin meelezen met het programma.
Bepaal de externe samenwerking. Geef de partners meteen een plek aan tafel en organiseer het gesprek met inwoners. Waar de visie vaak ver van het bed is komt het programma dichtbij. Betrokkenen willen daardoor graag meedoen.
6. Wek verwachtingen
De stap naar concrete uitvoering is hoopvol in tijden van complexiteit en verstarring. Het programma is hét meest geschikte instrument om stilstand te doorbreken. Ga daarom aan de slag als ambassadeur van het programma bij gemeenteraad, college en inwoners. Dat doe je met de bagage van de eerste stappen; wat is de ambitie? Wat doen we wel en niet? Hoe werken we samen? Een nieuwe aanpak heeft baat bij verwachtingen, perspectief en duidelijkheid!
Het programma als meest innovatieve onderdeel van de Omgevingswet?
Is het programma het meest verassende en vernieuwende onderdeel van de Omgevingswet? Onze eerste ervaringen met het programma hebben de verwachtingen in ieder geval gewekt! Het programma voorziet wat ons betreft in een behoefte en vult de gereedschapskoffer met een geheel nieuw instrument. Een instrument met veel mogelijkheden voor gemeenten, in complexe uitdagende tijden. Het biedt daarmee mogelijkheden om de stap van dromen naar doen te zetten. En het verdient serieuze aandacht om onder de knie te krijgen.
Heb je tips of ervaringen door het werken met de eerste programma’s? We horen ze graag! Heb je vragen en wil je meer weten van onze ervaringen? Neem dan contact op.